Of je nu werkt als psycholoog of therapeut, als coach of pedagoog, als supervisor of vertrouwenspersoon, als trainer of veranderaar; als professioneel begeleider werk je een groot deel van de dag met mensen. Je ondersteunt hen bij vragen over hun leven, psychische gezondheid of werk. Je hebt een hulpverlenende of begeleidende rol, waarin je je vooral richt op de ander. In haar boek Take Care! beantwoord Carla Schellings de vraag: Hoe blijf je gezond in werk waarin je zelf jouw belangrijkste instrument bent en dat veel emotiemanagement vraagt? Twee specifieke stressbronnen voor professioneel begeleiders, emotionele belasting en emotiewerk, worden in dit artikel toegelicht.
Een hoge emotionele belasting
Het ‘high touch’-werk van professioneel begeleiders brengt emotionele belasting met zich mee. Je kunt te maken krijgen met verbale intimidatie, geweld, ontremd of manipulerend gedrag of ernstig lijden van mensen. Ook het meemaken van crisissituaties of (dreiging met) suïcide heeft vaak veel impact.
Wanneer je een hoge werkdruk ervaart en emotioneel belastend werk hebt, raken jouw energiereserves snel uitgeput en liggen overbelasting en burn-out op de loer. In ‘high touch’-beroepen met emotioneel belastend werk heb je twee tot vier keer zo veel kans op oververmoeidheid en psychische klachten dan gemiddeld (Bültmann et al., 2002; De
Jonge, Mulder & Nijhuis, 1999).
Een bijzonder beroep: professioneel begeleider. Andere mensen begeleiden in hun groeiproces. Het is ‘high touch’-werk: je werkt met mensen in plaats van met dingen of met data (hightech). Werken met mensen houdt in dat je je in jouw werk richt op de behoeften en vragen van de ander. Je gebruikt je theoretische kennis, professionele vaardigheden en ervaring om de ander te ondersteunen, te versterken of te helpen.
Professioneel begeleiders aan het werk
Crisissituaties vragen veel van de professioneel begeleider. Dit heeft psychiatrisch verpleegkundige Jannie ervaren: ‘Een van mijn cliënten heeft zich onverwacht van het leven beroofd. Ik hoorde het een paar weken later en was van slag, omdat ik dit niet verwacht had. Hij leek zo veel beter in zijn vel te zitten. Ik weet wel dat ik er niet verantwoordelijk voor ben, maar het bleef een paar dagen door mijn hoofd spoken: heb ik iets over het hoofd gezien?’
Het zijn niet alleen dit soort acute crisissituaties die veel van je vragen, ook het steeds opnieuw blootgesteld worden aan bepaald gedrag of emoties vraagt veel. Jantien is maatschappelijk werkster in een instelling voor ouderen. Zij krijgt steeds meer moeite met het gedrag van een aantal van haar klanten: ‘Wanneer ze slachtoffergedrag vertonen en blijven klagen, wil ik soms “Stop!” gillen. Het voelt voor mij langzamerhand als onverdraaglijk gezeur … Ik spreek zo’n zes, zeven mensen op een dag. Vier dagen in de week. Week in, week uit.’
Negatieve emoties en klaaggedrag hebben vaak invloed op je eigen gevoel. Wanneer je er veel aan wordt blootgesteld, kan dat leiden tot overreageren (Skovholt & Trotter-Mathison, 2011). Ook kan je eigen stemming door de negatieve emoties van jouw klant omlaag worden gehaald.
Negatieve emoties waar je als professioneel begeleider mee te maken kunt krijgen, zijn:
- angst
- boosheid
- cynisme
- rouw
- eenzaamheid
- gebrek aan motivatie
- hopeloosheid
- hulpeloosheid
- isolatie
- onrecht
- verbittering
- verongelijktheid
- vervreemding
- verwarring
- wanhoop
- woede
- Met welke emoties van klanten uit deze lijst word jij geregeld geconfronteerd? Met welke drie heb jij de meeste moeite?
- Welke reactie heb je op deze emotie(s)? Wat zegt deze reactie over jou?
Emotiewerk
Als professioneel begeleider moet je veel ‘emotiewerk’ doen (Russel, 2012). Dit is het op een bepaalde manier omgaan met emoties in de werksituatie, omdat dat hoort bij jouw beroepsrol. Burn-outonderzoekster Maslach zegt hierover: ‘Werknemers in de gezondheidszorg mogen bijvoorbeeld geen blijk geven van afkeer of bezorgdheid voor hun patiënten en bedienend personeel moet verveling of irritatie verbergen onder een eeuwige glimlach. In deze gevallen moet het individu zijn emoties onder controle houden en beteugelen’ (Maslach & Leitner, 2004).
Je kunt je eigen emoties als professioneel begeleider slechts gedeeltelijk of helemaal niet tonen. Er gelden soms vrij strikte regels over hoe jij je als professioneel begeleider hoort te gedragen. Deze impliciete of expliciete ‘gevoelsregels’ schrijven voor welk gedrag en emoties wel horen bij jouw rol, en welke emoties je juist niet kunt laten zien. Denk aan een situatie waarin je lastige klanten ervan moet overtuigen dat ze iets moeten doen, zonder dat je ongeduldig wordt. Of de verwachting van jouw baas dat jij bij een acquisitiegesprek met een opdrachtgever een vriendelijke en enthousiaste uitstraling hebt. Wanneer je als therapeut na een gezellig weekend enthousiast aan de werkdag begint, en jouw eerste cliënt is een depressieve man met suïcidale gedachten, onderdruk je jouw positieve gevoelens om voldoende aan te kunnen sluiten bij jouw cliënt.
Eigen emoties in het werk niet te diep wegstoppen
Wanneer je emoties moet laten zien die je niet daadwerkelijk voelt, is dit volgens Jaeger (2008) ‘incongruent’. Dit kan jouw innerlijke radar (je intuïtie) verstoren die je juist nodig hebt om in het werk te navigeren. Ook kan het invloed hebben op het evenwicht tussen je persoonlijke zelf en je professionele zelf, wanneer de emoties van jouw persoonlijke zelf geblokkeerd moeten worden. Het is dus belangrijk een manier te vinden waarop je jouw eigen emoties in het werk kunt ‘parkeren’, zonder ze te diep weg te stoppen.
Trainer Ben beschrijft hoe hij dit doet: ‘Ik voel me niet lekker, heb ruzie gehad met mijn jongste zoon en te kort geslapen. Zo meteen staan er acht cursisten die een inspirerende dag over persoonlijk leiderschap vewachten. Ik lucht kort mijn hart bij een collega. Daarna kan ik mijn gevoelens een tijdje loslaten en kom ze weer tegen na de training. Op deze manier zitten ze me niet meer in de weg. Eerder drukte ik dit soort negatieve gevoelens krachtig weg, maar daar had ik achteraf veel last van. Dan sliep ik die nacht erna bijvoorbeeld slecht of kwam ik heel moeilijk weer tot rust.’ Het negatieve effect van emotionele belasting op je gezondheid blijkt volgens onderzoek te verminderen wanneer je je eigen emoties meer accepteert, zoals Ben doet, en ze niet diep wegstopt (Biron & Van Veldhoven, 2012).
Bron: Dit artikel is een bewerking van hoofdstuk 3.2 uit Take care! Zelfzorg voor professioneel begeleiders door Carla Schellings.
Literatuur:
- Biron, M. & Veldhoven, M. van (2012). Emotional Labour in Service Work. Psychological Flexibility and Emotion Regulation. Human Relations, 65(10): 1259-1282.
- Bültmann, U., Kant, IJ., Vandenbrand, P. & Kasl, P. (2002). Psychosocial Work Characteristics as Risk Factors For the Onset of Fatigue and Psychological Distress. Prospective Results From the Maastricht Cohort Study. Psychological Medicine, 32(2): 333-345
- Jaeger, B. (2008). Blijf je werk de baas voor hoogsensitieve personen. Schiedam: Scriptum.
- Maslach, C. & Leiter, M. (1998). Burnout. Oorzaken, gevolgen, remedies. Amsterdam: Uitgeverij Contact.
- Russell Hochschild, A. (2012). The Managed Heart. Commercialization of Human Feeling. Berkeley/ Los Angeles: University of California Press.