Behalve rode knoppen die worden ingedrukt als reactie op irritatie, verwijten en competitie, heb je ook zwakke plekken. Iedereen is gevoelig voor complimenten en bewondering, maar het kan je rol als teamcoach minder effectief maken. Positieve overdracht kan algauw ontstaan als iemand meer dan één keer laat weten hoe geweldig je bent.
Voor je het weet vind je deze persoon helemaal het einde. Iemand die het echt begrijpt, een uitstekende leerling met een positieve invloed op de groep. Bij licht positieve overdracht moet je je niet al te veel zorgen maken. Bij zwaar positieve overdracht wel. De deelnemer zet jou op een voetstuk en verliest niet alleen kritisch vermogen en idealiseert jou, maar maakt zichzelf ook onnodig klein en afhankelijk. En dat is nou juist niet de bedoeling van teamcoaching.
Ga niet de goeroe uithangen
En als jij inhaakt met gevoelens van trots en tevredenheid zou je weleens de held, of zelfs de goeroe kunnen gaan uithangen, die alles weet en overal een antwoord op heeft. De groep hangt aan je lippen, dus je levert wat ze nodig hebben. Het is niet ondenkbaar dat je de neiging voelt om al te persoonlijke bekentenissen te doen. Of de groep te ‘belonen’ met kritische uitspraken over het management. Je zou wat al te ijverig met oplossingen en hulp kunnen aankomen, zodat de groep het zelf niet leert. Niet erg coachend. Het kan zelfs zo gezellig worden dat je de groep gaat entertainen. Grapjes zijn leuk, humor is onbetaalbaar, maar niet als het je afleidt van de werkelijke coaching. Na afloop gaat iedereen met een goed gevoel naar huis, maar was dat nou de hele bedoeling? Wiens behoefte stond er nou werkelijk centraal?
Een speciale vermelding verdient hier nog de levensgrote valkuil waar teamcoaches graag instappen: de dramadriehoek. Maar al te graag willen coaches helpen en maar al te veel teams nemen graag de rol van slachtoffer aan. Dit kan overdracht zijn, maar ook aangeleerde hulpeloosheid.
Het onvermogen – en de onwil – om verantwoordelijkheid te nemen. Teamcoaches gaan daarop in als de redder, de reddende engel zelfs. Dit levert aardige dynamiek op: de aanklager is dan vaak het management dat niet bij de coaching aanwezig is, en dat misschien niet aanklaagt, maar wel als zodanig door het team wordt neergezet. Het team is slachtoffer (ze luisteren niet naar ons, ze zijn alleen met zichzelf bezig, ze zijn incompetent) en jij wordt verleid om Supercoach te zijn, die verlossing biedt. Het team wordt daar niet bepaald onafhankelijk van.
Dus: blijf authentiek
Er wordt heel wat afgeschreven en gepraat over wat authentiek gedrag is. Maar uiteindelijk is het niet zo ingewikkeld. Een reflectieve professional die zichzelf kan observeren en begrijpen, die weet na verloop van tijd wel wat de eigen behoeftes en opvattingen zijn. Die doet geen dingen uitsluitend omdat anderen het willen. En die vindt geen dingen omdat anderen het vinden. Kunnen omgaan met rode knoppen en zwakke plekken begint met zelfkennis. En het eindigt met een beetje durf. Durf om jezelf te zijn, om je persoon en je rol zo dicht mogelijk bij elkaar te brengen als professioneel verantwoord is. Want het gaat niet over jou, maar jij bent er wel bij.
Speel geen rol, maar wees die professional. Durf met een groep lol te maken als het echt is, zonder bang te zijn de entertainer te worden. Maar zorg dat je de gezelligheid niet nodig hebt. Ga betrokken helpen en ondersteunen, maar maak de groep niet afhankelijk van jou. Zorg goed voor jezelf, dan kun jij professioneel voor de groep zorgen. De laatste van de 10 uitgangspunten was: waardeer iedereen, ook jezelf.
Bron: Handboek Teamcoaching